Zenuwpijn of beknelling

Een zenuwpijn kan zich op verschillende manieren manifesteren. Een bekende vorm van zenuwpijn zien we terug in het beeld van een hernia. Iemand heeft pijn in de lage rug met een typerende uitstralingspijn richting arm of been. Deze pijn ervaart de patient duidelijk anders dan normale spierpijn. Het gevoel is eerder stekend of schietend van karakter. Ook kan een doof gevoel optreden in een bepaald huidgebied. Verder kan functieverlies of krachtsverlies optreden in het getroffen gebied.

Als ik in de praktijk kijk naar het mechanisme wat zorgt voor een zenuwpijn, dan is lang niet altijd een hernia verantwoordelijk voor een dergelijke pijn. Spit of lumbago, eveneens een beeld met uitstralingspijn, ontstaat bijvoorbeeld door een verkramping in spieren die voor zenuwbeknelling zorgen. Daarbij zorgt vooral de afname van doorbloeding van de betreffende zenuw voor de pijnklachten.

De behandeling zal altijd gericht zijn op het verhelpen van de druk op de zenuw en het herstellen van de doorbloeding naar het getroffen gebied. Hiermee zijn de meeste klachten goed te behandelen en is het bij de veel patienten mogelijk om de klachten geheel te verhelpen.

Aan een hernia zelf kan een osteopaat niets doen. Wel kan ik onderzoeken hoe de hernia mogelijk is ontstaan. Een verdraaiing van een wervel in de lage rug of een scheefstand in het bekken kunnen leiden tot een verhoging van de druk op de tussenwervelschijf. Het functioneren van het bekken is weer afhankelijk van de organen in het bekken. Een verkleving van een van deze organen kan verantwoordelijk zijn voor een verdraaiding van het bekken. De behandeling van herniaklachten zal gericht zijn op verhelpen van deze achterliggende problemen met als doel de druk op de betreffende tussenwervelschijf te verminderen. Meestal is verlichting van de klachten hiermee haalbaar.